De werkzaamheden aan molen Sterenberg vorderen gestaag, de nieuw gemaakte voeghouten mooi krom gezaagde exemplaren zijn de basis van de molenkap. De andere onderdelen van de oude molenkap zoals de spanten worden allemaal weer gebruikt. Nadat molenbouwer Vaags de molenkap naast de molen had opgebouwd, kon de windroosstoel achterop de voeghouten worden gehesen.
Voordat dit kon gebeuren moest de windroosstoel uit de loods van de molenaar naar de molen worden vervoerd. Met de windroosstoel op een grote aanhangwagen reed men stapvoets naar de molen, deze rit was ongeveer 1 kilometer. Nadat de windroosstoel op de voeghouten was geplaatst is de kap verder opgebouwd.
Inmiddels hebben de rietdekkers Kleinjan de kap voorzien van Kalenberger riet. Toen de oude molenkap van het achtkant was gehesen, bleek duidelijk dat het oude boventaflement en de kruivloer hun beste tijd gehad. Door de weersinvloeden en de technische staat van deze onderdelen, was het er niet beter op geworden. De acht delen van het nieuwe boventaflement worden ten opzichte van het oude boventaflement nu wel met een lusverbinding aan elkaar verankerd, wat de stabiliteit ten goede komt.
Het oude boventaflement had deze verbinding niet. Al snel nadat de molen in 1977 in Nijeveen draaivaardig was, kwamen er problemen met het kruien van de molenkap. Er was onvoldoende stabiliteit met gevolg dat de segmenten van de tandkrans ten opzichte van elkaar gingen verschuiven. Een stalen band om de kruiring was het probleem opgelost. Wanneer de molenkap op het achtkant wordt gehesen is nog niet duidelijk.
Roelof Kooiker.